Afgelopen donderdag speelde ik met de Dixieland Crackerjacks tijdens de premiere van een NNO concert over het einde van de 1ste wereldoorlog. Het NNO had specifiek gevraagd om een jaren 20 sfeertje. Dat was natuurlijk een heel bijzondere tijd, ook m.b.t. de ontwikkeling van de jazz. Het leuke is dat ik, afgezien van wat Big Band arrangementen van liedjes uit die tijd, eigenlijk nooit echt kennis heb gemaakt met die kraamkamer van de jazz. Het is zo super inspirerend om te zien dat die muziekstijl behoorlijk verschillend is van de jazz die ik pleeg te spelen, maar dat de hele basis echt gelijk is aan wat ik altijd heb geleerd. Het voelt een beetje als evolutie, waarbij ik bij de dixieland te maken heb met Galapagos Jazz. De liedjes lijken verschillend te zijn, maar je voelt dat ze eenzelfde basis hebben. Nu is bij de jazz die ik normaal pleeg te spelen de dizielandmuziek de basis, dus in die zin is eerder genoemd voorbeeld minder sterk.
Wat ook zo mooi is, is dat het gewoon ook weer klopt. Een goede entourage, mensen prachtig gekleed in de stijl van die tijd. En dan natuurlijk de muziek uit die tijd, gespeeld door professionals die weten hoe die muziek toen klonk. Bijzonder om je te realiseren dat het toen ook echt zo was, ogen op een kiertje en het is 100 jaar geleden. Dat had ook te maken met het geweldige drumwerk van Lilian Tan, die haar dixieland drumkit helemaal tot zijn recht deed komen.
Wat ook bleek was dat dit type jazz zeer onderhoudend en dansbaar is. De gasten van het NNO, en later de orkestleden hadden het zichtbaar naar hun zin die avond. Natuurlijk is de herdenking van een oorlog, met name deze oorlog, een moment voor bezinning, maar ook een feestje is op zijn plaats. De oorlog is immers beeindigd.